Hoe begin je aan een moestuin?

Weinig of veel tijd?

Je kan allereerst het best eens nadenken over welke groenten je in jouw tuin wilt hebben, voor je start met planten. Heb je weinig tijd of net veel en hoeveel tijd wil je besteden aan de moestuin? Kweek je liever groenten die hier in de winkel vaak te vinden zijn? Of ga je liever voor de klassiekers zoals courgettes, sla of boontjes? Breng je graag tijd door tussen de planten of is de motivatie snel weg? Als dat laatste het geval is, dan start je het best klein. 

Kies de perfecte plaats 

Kies voor je moestuin het best een zonnig stukje tuin, uit de wind en de schaduw. Met een onkruidvrije grond, die goed waterdoorlatend en vruchtbaar is. Aan te raden: organische mest of compost mengen met de grond. Compost houdt het waterniveau op peil en zorgt ervoor dat de groenten beter groeien. Splits je moestuin op in drie delen: een kruidentuin, groentetuin en een fruittuin. 

Juiste hoeveelheden

Bij het planten of zaaien van je favoriete groenten moet je opletten dat je geen te grote hoeveelheden van één soort plant. Ook al zijn sla of tomaten je favoriete groente, te veel verveeld snel. Als dit je eerste moestuin is, dan kan je het best beginnen met groenten zoals courgettes, wortelen, lente-uitjes, radijsjes, erwtjes, verschillende slasoorten, snijbiet, bonen, ...

Heb je meer ervaring en ruimte? Dan kan je je aan moeilijkere soorten zoals bloemkool, tomaten, paprika, witloof en knolselder wagen. 

Let op! Niet alle groenten, kruiden en fruitsoorten kunnen bij elkaar geplant worden. Dille en venkel gaan niet samen, en selder niet met peterselie. Anderen versterken elkaar dan weer 

• tomaten bij bieslook, uien of peterselie
• spinazie bij aardbeien
• radijs bij sla of komkommer
• wortel bij ui, prei of rozemarijn

Zaaien maar! 

Groenten en kruiden kan je bijna allemaal zelf zaaien. Fruit koop je het best als jonge bomen of struiken om te planten. Hoe ga je te werk? Maak een ondiep geultje in de grond en strooi er de zaadjes dun in uit. Bedek met aarde en geef water, met sproeikop op de gieter. Als de eerste blaadjes tevoorschijn komen, kan je beginnen met uitdunnen. De zwakste exemplaren en planten die in de weg staan van elkaar haal je weg. Vergeet nooit het etiket of een label bij de zaadjes te plaatsen. Anders weet je niet meer wat je waar hebt gepland. 

En nu verder onderhouden

Onkruid onder controle houden is een belangrijke klus. Ga te werk op een droge, zonnige dag, zodat het afgehakte onkruid meteen utidroogt. Je kan onkruid schoffelen of wieden. Wieden doe je het best na een goede regenval. Als je dan per ongeluk goede plantjes hebt uitgetrokken kan je ze meteen terug planten.

Geef enkel water in droge periodes. Tip: zet je gieter vol met water een paar uur in de zon, zodat de planten niet schrikken van ijskoud water. De moestuin heeft ook een kleine winterslaap in de winter, ze raakt vrij leeg. Bedek deze lege plaatsen met een mulchlaagje van stro, hooi of afgevallen bladeren. Het beschermt de grond niet enkel tegen onkruid, maar ook tegen uitdroging en afkoeling. Begin maart haal je de laag dan weer weg. Succes!