Veilig de benen strekken: dit zijn de verkeersregels voor fietsers

Alleen

Je moet de berijdbare fietspaden gebruiken. Het fietspad wordt aangeduid door:

• twee evenwijdige witte onderbroken strepen: je moet het fietspad volgen dat rechts in je rijrichting ligt;
• verkeersborden D7 of D9: je moet het fietspad volgen in de richting aangeduid door het verkeersbord. Tweerichtingsfietspaden moet je soms links in je rijrichting volgen. Let in dat geval extra op bij kruispunten. Autobestuurders verwachten niet steeds fietsers die uit de andere richting komen.

Als een deel van de openbare weg aangeduid is door het verkeersbord D10, moet je dat volgen. In dat geval mag je de voetgangers die er zich bevinden niet in gevaar brengen.

Bij gebrek aan fietspaden mag je de parkeerzones en gelijkgrondse bermen rechts in je rijrichting gebruiken, op voorwaarde dat je voorrang verleent aan de weggebruikers die er zich bevinden. Buiten de bebouwde kom mag je ook de trottoirs en verhoogde bermen gebruiken (met hetzelfde voorbehoud).

Bij gebrek aan andere oplossingen moet je op de rijbaan fietsen, zo dicht mogelijk bij de rechterrand ervan. Let wel op voor autodeuren en rioolroosters. Je mag met twee naast elkaar rijden behalve wanneer:

• het kruisen met een tegenligger onmogelijk is (binnen en buiten de bebouwde kom)
• er achteropkomend verkeer in aantocht is (buiten de bebouwde kom)

Op rotondes hoef je niet zo dicht mogelijk bij de rechterrand van de rijbaan te rijden, behalve als een gedeelte van de openbare weg voor jou is voorbehouden, zoals een fietspad.

Je mag in de busstrook of op een bijzondere overrijdbare bedding rijden als het betreffende verkeersbord is aangevuld met het symbool van een fiets. In dat geval moet je achter elkaar rijden.

Autosnelwegen en autowegen zijn altijd verboden terrein voor fietsers!

In een fietsstraat mag je de hele breedte van de rijbaan gebruiken voor zover deze opengesteld is in jouw rijrichting, en de helft van de breedte langs de rechterzijde als de rijbaan opengesteld is in beide rijrichtingen.

Als je in een straat met beperkt eenrichtingsverkeer in de tegengestelde richting rijdt, kijk dan uit voor voetgangers die op het punt staan om over te steken: ze verwachten misschien niet steeds fietsers uit jouw richting. Denk eraan dat ze op oversteekplaatsen voor voetgangers steeds voorrang hebben.

Bij de verkeersborden B22 en B23 mogen fietsers rechts afslaan of rechtdoor rijden bij een oranjegeel of rood verkeerslicht. Vergeet echter niet dat de bestuurders die zich op de rijbaan begeven voorrang hebben.

Tips en andere verplichtingen

• Steek je arm uit telkens als je van richting gaat veranderen, behalve als dit je evenwicht in het gedrang brengt. Rij assertief maar wees vooruitziend: laat zien dat je er bent, maar voorzie ook de fouten en de onachtzaamheid van de autobestuurders. Denk eraan dat jij de meest kwetsbare bent!
• Tussen valavond en zonsopgang, en overdag wanneer de zichtbaarheid minder dan 200 m, moet je uitgeruste zijn met een wit licht vooraan en een rood licht achteraan. Zelfs als je een kinderfiets, racefiets of een terreinfiets bestuurt, moet je verlichting gebruiken en moet je fiets uitgerust zijn met de vereiste reflectoren om in alle omstandigheden te rijden. Draag kleding met heldere kleuren en ‘s nachts reflectoren.
• Als je de rijbaan oversteekt of op de rijbaan komt om naar links af te slaan moet je voorrang geven aan de weggebruikers die de rijbaan volgen. Als er een fietspad of oversteekplaats is, moet je die gebruiken. Probeer altijd een goed overzicht te hebben over het omringende verkeer, zeker op kruispunten, bij het verlaten van een fietspad, bij richtingveranderingen, ...
• Zorg dat je fiets steeds wettelijk in orde is: bel, remmen, lichten en reflectoren. Maar verwaarloos ook de andere onderdelen niet: banden, wielen, ketting, ... Neem reparatiemateriaal mee voor lekke banden en reservelampjes voor de verlichting.
• Vergeet je fietshelm niet: een fietshelm vermindert het risico op hoofdletsels met 85%!

In groep

Er zijn twee mogelijkheden: de groep volgt dezelfde regels als de individuele fietser. Of de groep volgt de regels die gelden voor fietsers in groep, op voorwaarde dat de groep bestaat uit ten minste 15 fietsers. Als groep heb je meer mogelijkheden maar moet je ook bepaalde verplichtingen naleven.

• Gebruik van de fietspaden is niet verplicht
• Met twee naast elkaar rijden op de rijbaan mag altijd, op voorwaarde dat je gegroepeerd blijft
• Op een rijbaan zonder rijstroken mag je niet meer dan de breedte van één rijstrook innemen (ongeveer 3 meter), en in geen geval meer dan de helft van de rijbaan
• Op een rijbaan met rijstroken mag je alleen de rechter rijstrook gebruiken

15 tot 50 fietsers

• Minstens 2 wegkapiteins aanbevolen en toegelaten
• 1 of 2 begeleidende auto’s aanbevolen en toegelaten

51 tot 150 fietsers

• Minstens 2 wegkapiteins verplicht die ten minste 21 jaar zijn en om de linkerarm een band dragen met de nationale driekleur en het woord 'wegkapitein'. Op kruispunten zonder verkeerslichten kunnen zij het verkeer stilleggen door middel van een handbordje (zie foto hierboven), en aanwijzingen geven aan de andere weggebruikers.
• 2 begeleidende auto’s verplicht. De begeleidende auto’s moeten de groep op ongeveer 30 meter voorafgaan of volgen. Als er slechts één auto is, moet deze volgen. Deze auto's moeten op het dak een speciaal bord plaatsen dat goed zichtbaar moet zijn voor het tegemoetkomende en achteropkomende verkeer.