Mag je parkeren voor een garage die geen garage is?

De wet is heel duidelijk over parkeren voor een oprit of garagepoort: het mag niet. Commissaris Werner Van Cant van de wegpolitie zegt dat het volgens de verkeerswet verboden is “een voertuig te parkeren voor de inrij van eigendommen, behalve de voertuigen waarvan het inschrijvingsteken leesbaar op die inrij is aangebracht.” De rechtspraak leert ons dat het uitzicht bepalend is, niet het feit of de poort al dan niet echt gebruikt wordt als garage. Het gaat om een ‘herkenbare inrij’, dus mag je er niet voor parkeren.

Of er een sticker op hangt met een verboden te parkeren-teken of een afbeelding die aangeeft dat je auto weggesleept zal worden, speelt geen rol. “Er hoeft helemaal geen sticker aanwezig te zijn die duidelijk maakt dat je er niet mag parkeren. Zo’n sticker die aangeeft dat parkeren er verboden is, heeft geen enkele wettelijke waarde”, zegt commissaris Van Cant.

Maar, als er op de inrij een duidelijk leesbare nummerplaat is aangebracht, ook bijvoorbeeld door een sticker, dan mag je er wel je eigen auto parkeren. Is er geen aanduiding van de nummerplaat, dan mag je auto zelfs niet voor je eigen oprit of poort staan. Je kan dus beboet worden om voor je eigen oprit te staan, zegt Werner Van Cant. “Als je parkeert voor je eigen garage en je nummerplaat is er niet duidelijk op aangebracht, dan riskeer je eveneens een bekeuring. De politie kan natuurlijk niet weten dat het je eigen wagen is die voor je eigen garage staat, wanneer je dat niet duidelijk hebt gemaakt door middel van de nummerplaat.”

Wat wel mag voor een oprit of poort, is stilstaan. Stilstaan doe je om personen in- en uit te laten stappen, of om te laden en te lossen. Maar als dat klaar is, moet je onmiddellijk weer weg. Blijft je auto staan, dan is hij geparkeerd.