Taalmail van Ruud Hendrickx bestaat 20 jaar: “Soms roep ik wel eens naar de tv als ik een taalfout hoor”

En of hij zijn eerste Taalmail nog herinnert. "Die staat ook nog steeds online", vertelt Ruud aan Cathérine Vandoorne bij 'De Madammen'. Zijn voorganger, Eugène Berode, stuurde blauwe briefjes met opmerkingen enkel naar de presentator bij wie hij een fout had gehoord. "Ik vond dat zonde en besloot om mijn mails naar alle VRT-medewerkers te sturen. Nog later dacht ik: waarom niet naar het brede publiek? Als het een fout is die ik herhaaldelijk hoor, dan wil ik die met iedereen delen."

Wetenschapper en adviseur

Hendrickx speelt een dubbel rol. "Ik heb twee petten op: de pet van taalwetenschapper en die van taaladviseur. De taalwetenschapper observeert dat er bepaalde ontwikkelingen zijn, voelt hoe de taal wordt gebruikt, wat er verandert. De taaladviseur zet een taalbeleid uit. Hij gaat aan de slag met al die wetenschap. De adviseur wijst je erop dat het niet 'hoe noemt dat', maar 'hoe heet dat' is. Maar gaan Ruuds tenen nog krullen van bepaalde taalfouten? "Ik heb dat afgeleerd. Fouten zijn er overal, vooral in gesproken taal. Een verkeerde woordkeuze, een verkeerd voornaamwoord of voorzetsel, … Dat gebeurt gewoon, daar erger ik me niet meer aan. Ik doe dat wel als ik al heel vaak iets gesignaleerd heb, en de fout blijft terugkomen. Maar anderzijds: als een fout steeds opnieuw wordt gemaakt, is het dan wel een fout?"

"Ik krijg het verschil tussen 'dan' en 'als' maar niet uitgelegd aan mijn dochter", vertelt Cathérine. "Dat is een interessant fenomeen", legt Ruud uit. "In alle Germaanse talen is die verschuiving al gebeurd. Over vijftig jaar zal iedereen dat hier dus ook wel doen. De wetenschapper in mij vindt dat interessant, de adviseur denkt 'doe het niet'! Maar eerlijk, als ik het hoor, dan roep ik soms ook tegen mijn televisie! (lacht) Maar ik zie jongerentaal absoluut niet als een verarming van het Nederlands. De Romeinen klaagden er al over en wij doen het nog steeds. Het is eigen aan een generatie dat ze klaagt over de manier waarop de volgende generatie taal gebruikt. Denk eens aan je grootouders. Zij zouden ons taalgebruik wellicht ook verloederd vinden. Dus als er in de voorbije vijftig jaar veel is veranderd, dan moet je accepteren dat dat de komende vijftig jaar ook zal gebeuren. Dat heet dan taalontwikkeling."

Inschrijven voor de taalmail van Ruud Hendrickx kan via zijn website. Helemaal onderaan kan je je e-mailadres ingeven.