De Rotonde
Joël Smets: winnen beter dan seks!
do 27 sep. - 8:11
“Ik blijf bij dat standpunt. Als jonge snaak droomde ik er al van om kampioen te worden, van seks wist ik toen nog lang het bestaan niet,” grinnikt hij. “Motorcross was nog niet zeker omdat het financiële aspect een probleem was. Maar ik wist dat ik iéts met sport ging doen.”
Moeilijke weg naar de wereldtop
Evident bleek het niet, zijn weg naar de wereldtop in het motorcross. Als kind uit een modaal arbeidersgezin was het al snel duidelijk dat de stap naar de motorsport moeilijk zou worden. Motorsport is duur, en er waren drie kinderen. Geld voor een motor was er niet. “Soms maakte me dat wel ongelukkig. Ik besefte dat het niet evident was om ooit mijn droom te kunnen najagen.”
Het was nonkel Erik die Joël zijn oude motor cadeau deed, en ook dan nog bleef het tellen en schipperen, want Joël moest blijven werken om zijn sport te betalen. Dat lukte. “Een van mijn kwaliteiten in het leven in het algemeen, en in de sport in het bijzonder, is dat ik mezelf realistische doelen stel. Lang geleden koesterde ik niet de droom om wereldkampioen te worden. Wat heeft dat voor nut, als je niet eens weet welk niveau je rond de kerktoren zal halen? Een langetermijnplanning heb ik nooit willen maken, omdat dat eerder voor frustratie dan voor motivatie zorgt. Stap voor stap heb ik mijn carrière opgebouwd.”
Realistische doelen
Dit is de verklaring van hoe Joël Smets zo laat aan zijn sport is kunnen beginnen en toch nog de wereldtop heeft weten bereiken. “Jaar na jaar heb ik mezelf heel eerlijk geëvalueerd en het volgende doel gesteld. De lat hoog gelegd, maar niet te hoog. Dat is vaak een heel moeilijke oefening. Maar op die manier ben ik erin geslaagd om altijd mijn doelen wel te halen én progressie te maken. Daar ben ik heel fier op,” blikt hij in De Rotonde terug op zijn carrière.
Eerlijkheid duurt het langst
Verliefd worden op een topsporter, het heeft zo zijn bijzondere kanten. Op de eerste date met zijn vrouw, toen nog lief, zei Joël Smets:
Je hebt al een podiumplaats. Op nummer 1 komt de school, op 2 de sport en jij staat al op 3. Niet slecht toch?
Je kan maar beter eerlijk zijn, vindt de voormalige wereldkampioen motorcross.
