de inspecteur
Pendelaar Sofie: "Een onmogelijke opdracht voor de NMBS om het 'zitten aan het raam' te organiseren"
dagboek van een pendelaar
vr 26 mrt. - 8:02
“Vanaf nu mogen er alleen maar mensen aan het raam zitten in de trein.” Ik wou dat het een algemene regel was bij de NMBS. Niet meer geplet worden tussen vreemde billen en het raampje. Niet meer gekneld zitten tussen twee vreemden op een bankje waar je best maar met twee op zit. Alleen op een bankje. Alleen op een zetel, niemand naast jou.
Maar wel iemand recht voor je natuurlijk.
Minister, neem ook eens de trein aub
Alleen nog reizigers aan het raam. Hoe gaat de NMBS dat in godsnaam organiseren? De ministers die de beslissing hebben genomen, hebben nog nooit de trein genomen. Dat is zeker. Je kan dat niet organiseren. En alleen aan het raam zitten, dat zorgt niet voor voldoende afstand tussen alle reizigers. Je zit namelijk recht tegenover iemand, die ook aan het raam zit. Op nog geen halve meter afstand.
En wat ga je doen met het ‘overschot’ aan reizigers? Zij die net geen plekje aan het raam konden bemachtigen? Moeten zij weer afstappen? Moeten zij rechtstaan, in de gang of bij de deuren? Allemaal samen, opeengepakt?
Gaan ze op voorhand uitrekenen hoeveel zitplaatsen er zijn aan het raam, en tellen hoeveel mensen er opstappen? Allemaal via één deur de trein op, of controle aan alle deuren?
Ik snap het niet goed. En ik denk dat niemand het snapt. Behalve degene die nooit de trein nemen. Zij die dus deze beslissing hebben genomen. Zij hebben uiteraard het geluk om een auto met chauffeur te hebben. Zij zitten altijd aan het raam. Geen vreemde naast zich.
De koning is helemaal mee
De koning, die snapt het wel. Die heeft deze week de trein genomen. Om het NMBS-personeel te steunen. En hij gaf het goede voorbeeld: hij zat aan het raam. Er zat niemand in zijn buurt. En hij zat in tweede klasse. Hoera voor de koning. Die waarschijnlijk een tweedeklassewagon voor zich alleen kreeg. En die zijn terugreis maakte… met de auto. Een halve steunmaatregel noem ik dat.
Met de trein reizen, dat is wachten
Mijn collega David Van Ooteghem zei in zijn programma Spits op Radio 2: “Je hebt pas de echte NMBS-ervaring gehad als je ook eens moet wachten op het perron.” Dat is helemaal waar. De trein nemen, dat is vooral wachten. Wachten en hopen. En stressen. En lopen. Dat is niet opstappen en aan het raampje gaan zitten op een vooraf gereserveerde zitplaats aan het raam. Dat is niet in je auto stappen en aan je chauffeur vragen om snel naar het overlegcomité te rijden. Om daar de broodnodige beslissingen te nemen om mensen te beschermen tegen het coronavirus en zo de NMBS op te zadelen met een onmogelijke opdracht.
Ik neem de trein niet, ik werk thuis. Wat een geluk. Ik hoop dat iedereen die verplichting om thuis te werken naleeft. En wie toch de baan op moet: veel geluk. En zwaai eens van aan het raampje.