de madammen
di 10 dec. - 10:23
“Wij hebben meer dan 800 gedetineerden die verspreid zitten over 3 afdelingen. Ik ben directrice van één van de mannenafdelingen, de langgestrafte mannen. Daar zitten ongeveer 300 gedetineerden in.” Sofie is directrice van een afdeling waar mannen zitten die een zwaar feit gepleegd hebben. Anja vraagt zich af of ze als directrice nooit bang is. “Neen, ik ben eigenlijk nooit bang. Er zijn soms situaties waar je voelt dat het wat spannend wordt, maar we zijn niet bang als we rondlopen in onze gevangenis. Wij kennen die mannen op de langgestrafte afdeling ook goed. Wij voelen ons meestal alsof we thuis rondlopen." (lacht)
“Ik denk dat de gevangenen mij vaak zien als een strenge. Maar ook wel streng maar rechtvaardig, dat vind ik wel een compliment. We horen soms ook minder mooie namen als we bijvoorbeeld een tuchtsanctie uitspreken. Dat hoort er natuurlijk bij. Over het algemeen voel ik mij goed en heb ik het idee dat ze mij aanvaarden. Soms is het ook zwaar, als ik naar de afdeling van de moeders moet. Het feit dat er kinderen in een gevangenis aanwezig zijn, dat is voor mij wel lastig. Soms zijn er ook zware vergaderingen zoals onderhandelingen met vakbonden of compromissen proberen sluiten met partijen.”
Ik zie mensen vaak terugkeren.Maar er zijn ook veel ex-gedetineerden die het goed doen.Die zien of horen wij niet meer.
Anja vraagt zich af hoe Sofie erover denkt dat ze mensen moet opsluiten. “We moeten beseffen dat we in een rechtstaat leven. We hebben als maatschappij gekozen om mensen op te sluiten en te straffen. Die straf op zich is geen oplossing. Mensen gaan er niet beter van worden om eenzaam en alleen in een cel te worden opgesloten. Het is belangrijk om met die mensen iets te doen. Soms kan zelfs de meest kortste detentie zware gevolgen hebben: mensen verliezen hun werk, soms hun familie en vaak hun vrienden. Natuurlijk zie ik mensen ook vaak terugkeren, maar wij hebben daar soms een vertekend beeld van. We zien die dossiers terugkomen, maar er zijn ook zo veel ex-gedetineerden die het goed doen buiten de gevangenis. Die zien of horen wij niet meer.”
“Ik wou meewerken aan de reeks op VIER omdat ik een realistisch beeld wil scheppen van detentie. Je hoort vaak op straat dingen die niet helemaal de realiteit weerspiegelen. Soms denken mensen dat gevangenen de hele dag worden opgesloten in een cel, dat klopt niet. Ik kan begrijpen dat mensen een mening hebben over gevangenen, maar wij vinden het belangrijk dat er een maatschappelijk debat op gang komt. Maar het moet op de realiteit gebaseerd zijn. Ik merk dat ook de mensen in mijn eigen omgeving vroeger wat harder waren in verband met vooroordelen. Maar eens ze de verhalen van de gedetineerden leren kennen, dan beginnen ook zij ook meer de mens achter de gedetineerde te zien.“