Ervaringsdeskundige Noël Slangen is de nieuwe voorzitter van Kinderarmoedefonds

Noël Slangen maakte vooral naam als politiek communicatieadviseur bij Open VLD.  Maar hij was al sinds de start lid van het bestuur van het Kinderarmoedefonds. Dat hij zelf als kind in armoede opgroeide, speelt een belangrijke rol in dat engagement. Toch wil Noël Slangen geen rolmodel zijn. "Ik ben eigenlijk de kettingroker die 100 geworden is", zegt hij daarover. "Men zegt heel vaak dat mensen in armoede daar zelf kunnen aan doen.  De realiteit is dat wie in armoede opgroeit minder kansen heeft. 90 procent van de hersenen ontwikkelt zich tijdens de eerste vijf levensjaren. Zo heeft een kind van een jaar dat in armoede opgroeit al twee maanden achterstand. En dat blijft de jaren nadien verder oplopen.

Meer dan een lege brooddoos

Volgens Slangen is armoede meer dan met een lege brooddoos op school toekomen. "Het gaat ook om kinderen die minder stimulansen krijgen in hun omgeving. En vaak ook in stress opgroeien. En dat is ook de reden waarom er zoveel generatiearmoede is. België is trouwens een van de landen waar die generatiearmoede het grootst is".

Huren en immigratie

Dat ons land er zo slecht in slaagt om die vicieuze cirkel te doorbreken, heeft volgens Noël Slangen twee redenen. " We zijn een land waar de meeste mensen een woning kopen. Wie in armoede leeft, kan dat niet en komt op de huurmarkt terecht. Omdat de huurmarkt eerder klein is, is het moeilijk om degelijke huisvesting te vinden die betaalbaar is. Bovendien hebben we als land de immigratie moeilijk verwerkt." Toch wil Slangen niet gezegd hebben dat kinderarmoede zich alleen situeert bij allochtone families. 'Er zijn maar liefst 55.000 moeders van Belgische origine die hun kinderen in armoede moeten grootbrengen. Het is wel zo dat het probleem van  kinderarmoede twee keer zo groot is bij kinderen die opgroeien bij moeders van niet-Belgische origine". 

Vernieuwende projecten

Het Kinderarmoedefonds probeert het probleem aan te pakken door vernieuwende projecten te ontwikkelen en ook te meten wat het effect is. Daarna probeert het fonds gemeentebesturen warm te maken om daarmee aan de slag te gaan. En dat is meteen ook de ambitie van de nieuwe voorzitter. " Tot nu toe hebben we vooral de grotere gemeenten kunnen bereiken met deze projecten. We willen nu ook de kleinere gemeenten mee krijgen."