Stukken kappen uit de Berlijnse muur met De Zigeuner, morgen 30 jaar geleden

De Berlijnse Muur was het belangrijkste symbool van de Koude Oorlog en werd in augustus 1961 gebouwd om te voorkomen dat Oost-Duitsers uit de toenmalige communistische DDR zouden vluchten naar het kapitalistische West-Duitsland.

"Ik zag het op TV", vertelt Rik Vanheusden. "Hoe mensen over de muur kropen en de grens overstaken. Wij organiseerden eerder al reizen naar de DDR en naar Berlijn. En ik zei toen tegen mijn vrouw dat ik er naartoe wou met de auto. Ze vond dat niet meteen een goed idee. Ik heb er dan maar meteen busreizen van gemaakt. Dat was een historisch feit, een gebeurtenis waar je bij wou zijn. Dat maak je echt maar één keer mee in je leven", besluit Rik. 

Hamer en beitel

"Ik heb dan meteen vrienden, familie en studentenclubs gemobiliseerd. De bussen zaten meteen vol", gaat Vanheusden verder. "We zijn dan rechtstreeks naar de Berlijnse Muur gereden. Daar waren toen wel nog patrouilles. Toch konden we stukjes van de muur mee naar huis nemen. We hadden een beitel en hamer bij en die gaven we iedere keer door zodat iedereen zijn stukje uit de muur kon kappen. Toen we daarna terug gingen, namen we groter materieel mee, houwelen en zo. Daarmee konden de mensen grotere stukken uit de muur kappen", lacht Rik. 

Checkpoint Charly

"Het heeft me altijd gefascineerd, die grens tussen Oost- en West-Duitsland", vertelt Rik. "Dat was altijd een heel gedoe om door die grenscontroles te komen, zoals aan Checkpoint Charly bijvoorbeeld. Nu die grens open was, wilden we er uiteraard ook bij zijn. We zijn nog verschillende weken terug geweest met bussen. En ik heb zelf toch ook wat brokken van de Berlijnse Muur thuis liggen hoor", besluit Rik.