De Rotonde
Stany Crets in De Rotonde: "Als 7-jarige weet je niet wat dat is 'de dood'"
zo 4 okt. - 8:01
"Mijn leven tot nu toe geef ik 10 op 10. Echt waar. Ik heb een topleven. Er zijn natuurlijk dingen die in achteraf gezien anders zou willen gedaan hebben, maar als die anders waren geweest, had je bepaalde dingen andere dingen weer niet hebben meegemaakt die je nu wel hebt meegemaakt."
"Ik heb een fantastische jeugd gehad. Wij woonden in nieuwbouwwijk, met allemaal jonge gezinnen, tussen de bossen en het groen. We waren met heel veel kinderen. We hadden echt geen jeugdbeweging nodig. We waren onze eigen jeugdbeweging. En we deden wat jeugdbewegingen doen, alleen ongeorganiseerd. Het was een fantastische tijd."
Toen Stany amper zeven was, stierven in één jaar tijd niet alleen zijn grootouders maar ook zijn vader. "Ik weet daar nog maar bijzonder weinig van. Een paar flarden, meer niet. Zijn het echt herinneringen of afgeleiden van een foto, van een gesprek, een verhaal, dat weet ik zelfs niet. Als ik naar mijn kinderen kijk toen ze zeven waren, denk ik dat ze wat ze nu meemaken allemaal zullen herinneren, maar dat klopt dus niet, blijkt."
"Ik herinner mij wel het moment dat mijn oom kwam vertellen dat mijn vader overleden was én de emotie die je daarbij heb ervaren: namelijk niet de emotie die je zou denken te gaan ervaren. Je zit namelijk in een rare situatie waarin je merkt dat je vader niet meer thuis is, want hij ligt intussen als negen maanden in het ziekenhuis. Je kan dat niet vatten als kind. Je weet niet wat het is, zo'n zware ziekte, of de dood. Ik heb het toen wel geleerd, maar je weet echt niet hoe je daar mee met omgaan."
Jaren later
"Je gaat niet automatisch wenen en als je weent, waarom ween je dan? Omdat je iemand niet meer gaat zien en gaat missen? Neen, want dat ken je niet echt. Ik weet nog dat toen mijn nonkel zei 'Papa is naar de hemel' ik dacht - in andere woorden uiteraard - dat zat er aan te komen als je negen maanden in het ziekenhuis ligt en platgespoten wordt met morfine. Ik wist dus wel dat dit ging gebeuren."
"Het eerste moment dat ik echt emotioneel ben geworden over de dood van mijn vader, was als ik al 18 of 20 was, tijdens een vakantie. Ik zat op een terras en ineens sloeg het keihard binnen: 'Ik heb geen vader. En ik weet ook niet wat dat is, een vader hebben.' Af en toe komt dat nog eens terug."
"Ik weet eigenlijk niet wie mijn vader is. Mijn nonkels hebben mij wel verhalen verteld en ik heb dus een beeld van wat voor mens hij moet geweest zijn, maar aangezien we geen grote praters zijn in de familie, zijn dat niet de exuberante, gedetailleerde verhalen. Ik weet dus niet hoe die man echt was.
Harnas
Behalve zijn vader, stierven ook de grootouders van Stany toen hij zeven was. "Ik zag dat allemaal gebeuren, mensen huilen, maar ik wist niet hoe ik mij daarmee moest verhouden. Als 7-jarige heb je de vaardigheden nog niet om mensen te troosten, bijvoorbeeld, laat staan om na te denken over zoiets abstracts als 'de dood'. Het zijn zoveel emoties die je nog niet kent. Je staat erbij en kijkt ernaar. Het is pas later dat die frank begint te vallen."
"Ik ben er wel van overtuigd dat ik door al dat verdriet te zien ik toen beslist heb: dit gaat mij niet overkomen. Ik heb toen een soort harnas aangetrokken, met het idee 'hier komen ze niet door'. Daardoor durf ik al eens bruggen opblazen en mezelf op te voeren als de grote leider. Het komt allemaal vanuit de gedachte 'Mij gaan ze niet hebben. Mij gaan ze niet kwetsen', dat vooral. Af en toe slaagt iemand erin om een barstje te maken in mijn harnas en dan breek ik wel eens, maar tegen de volgende dag is die barst terug dichtgelast en vlieg ik er weer in."