Dieselwagen? Vermijd algen in je tank!

Marnix uit Brugge zag een waarschuwingslampje branden op het dashboard van z’n dieselauto. Z’n garagist zei dat het een foutmelding was ten gevolge van de biodiesel die hij getankt had. Marnix vraagt zich af of het wel normaal is dat je problemen krijgt met ‘gewone’ diesel uit een tankstation...

Iedereen een beetje bio

Tegen 2020 moet elke liter brandstof die in Europa verkocht wordt, of het nu benzine is of diesel, 10% brandstof van biologische oorsprong bevatten. In België ligt de norm op dit moment op minimaal 4%. Als je benzine tankt, dan bevat die ethanol, aan diesel wordt ‘fame’ toegevoegd (“Fatty Acid Methyl Ester”) – biodiesel dus.

Voor je motor maakt het op zich niet zo veel uit of er biobrandstof bij zit: de autoconstructeurs houden daar rekening mee. Maar biodiesel is gemaakt van natuurlijke grondstoffen, en bevat ook altijd levende organismen (bacteriën, schimmels, microben). En die kunnen het je dieselwagen wel knap lastig maken.

Slijmlaag

Het nadeel van biodiesel is dat hij doorgaans meer water bevat dan fossiele diesel. Soms komt er ook nog extra water in je tank door condensatie of slecht onderhoud. Dat water vormt de ideale voedingsbodem voor de aanwezige organismen. Die beginnen zich te vermenigvuldigen als de temperatuur hoog genoeg is, en als de vloeistof stil staat.

Opletten dus als je je dieselwagen lange tijd (een aantal weken of langer) niet gebruikt. Zeker in de warmere maanden is er een (weliswaar klein maar bestaand) risico dat er zich algen beginnen te vormen in je tank.

De algen kunnen de prestaties van je motor verminderen en de dieselfilter blokkeren. Die vervangen is op zich niet de grote kost, maar het is ook al gebeurd dat het hele leidingsysteem moest vervangen worden – wél een dure zaak…

• Hou je tank in de zomer méér dan halfvol
• Probeer regelmatig met je wagen te rijden, laat hem niet voor lange tijd stilstaan.
• Hou er rekening mee dat recente wagens meer risico lopen dan auto’s met een verouderde dieselmotor (hoe milieuvriendelijker de motor, hoe groter de kans op problemen).
• Tank in het buitenland bij een ‘gerenommeerd instituut’: een supermarktketen, een bekend brandstofmerk... Vermijd zo veel mogelijk tankstations met een klein debiet, zeker in warme streken.
• Als je minder dan 10.000 à 15.000 km rijdt per jaar, ben je op heel wat vlakken hoogstwaarschijnlijk beter af met een benzinewagen, ook wat algengroei betreft.

Als het al te laat is

Krijg je een foutmelding in je wagen die erop wijst dat er een probleem is met je brandstof? Voel je dat de prestaties van je motor lager liggen dan vroeger? Het zou kunnen dat er algengroei in het spel is. Je garagist kan je daaromtrent zekerheid bieden. Vaak volstaat het om de dieselfilter te vervangen.

Er zijn ook biocides te koop waarmee je de inhoud van je tank kunt saneren. Ze missen hun effect niet, maar het is nog niet duidelijk welk effect ze op de lange duur hebben op de prestaties van je motor.

Als je problemen ondervindt door biodiesel die je in België getankt hebt, dan kun je ook contact opnemen met de “Belgian Biodiesel Board”, de vereniging van binnenlandse biodieselproducenten. Die verbindt zich ertoe om je probleem te onderzoeken en de oorzaak bloot te leggen. Je contacteert hen het best via het algemene emailadres op hun website.