
de madammen
Annemie Struyf over ‘Het Hoge Noorden’: "Het leven is te kort om je dromen te laten liggen"
ma 4 jan. - 0:49

“Als we fantaseren over emigreren, denken we meteen aan het zuiden”, vertelt Annemie bij Siska Schoeters in De Madammen. “Maar toch in het hoge noorden voor veel mensen ook een droom. En eigenlijk is dat niet zo raar. De Noren horen bij de gelukkigste mensen ter wereld. Er is een geweldige sociale zekerheid, klassen zijn klein, vrouwen krijgen een jaar bevallingsverlof, partners drie maanden, … Het is een rijk land, ze hebben heel veel gas en olie. Daardoor kunnen ze enorm goed voor hun bewoners zorgen. Maar het is ook een heel hard land. De natuur is bikkelhard, zeker nu in de winter. Winters zijn lang en donker. Maar ook dat trekt mensen aan. Er is een verlangen om op het scherpst van de snede te gaan leven. Om de natuur, bij wijze van spreken, het laatste woord te geven. Maar je weet niet hoe je daar op gaat reageren, tot je het meegemaakt hebt. Maar je moet wel stevig in je schoenen staan. Als je hier bijvoorbeeld als last hebt van de winterblues, dan zou ik je niet aanraden om naar Noorwegen te verhuizen.”
Into the wild
“Ze willen ontsnappen naar de eindeloze natuur. Een soort van eigen ‘into the wild’ (het bekende boek van Jon Krakauer). Het leven en de maatschappij hier kunnen heel druk zijn. We hollen maar rond. Dat gevoel had ik ook als ik in Noorwegen was. Dan dacht ik: hoe zijn wij nu bezig? Mensen trekken naar het noorden om aan die stress, files, drukte en dat constant ‘geroezemoes’ te ontsnappen. Voor wie écht van de natuur houdt, graag wandelt, van sneeuw of skiën houdt, kan het noorden een paradijs zijn. Het is ook zo’n mooi land. De kust heeft ontelbare fjorden. Voor mij was het ook een ontdekking, ik wist niet dat het zo mooi ging zijn. Echt prachtig.”
Mijn respect is groot voor mensen die zeggen: dit is mijn droom, ik ga ervoor. Als zo’n idee in je hoofd blijft hangen, dan moet je dat vooral doen.
"Liever mislukken dan een leven lang zagen"
Sommige families die Annemie bezoekt wonen al jaren in Noorwegen, anderen staan net op het punt om te vertrekken. Bij de ene verloopt de oversteek al wat vlotter dan bij de ander. “Ik heb heel veel respect voor mensen die durven springen. Op welke manier dan ook. Veel mensen zagen een heel leven lang over de dingen die ze graag hadden willen doen, maar nooit gedaan hebben. Mijn respect is groot voor mensen die zeggen: dit is mijn droom, ik ga ervoor. Als zo’n idee in je hoofd blijft hangen, dan moet je dat vooral doen. Als het dan toch een mislukking blijkt te zijn, dan heb je tenminste geen heel leven zitten fantaseren over iets wat je nooit gedaan hebt. Dan is mislukken minder erg, denk ik. Het leven is te kort om je dromen te laten liggen."
Maar af en toe zijn er families waar ik dan mijn twijfels bij heb. Dat kan dan een slecht voorteken zijn. Dan probeer ik dat op een voorzichtige manier aan te brengen. Sommige mensen hebben bijvoorbeeld geen enkele intentie om te taal van daar te leren. Ze gaan ervan uit dat ze in Noorwegen wel voldoende Engels spreken om hun plan te kunnen trekken. Maar met die mentaliteit kom je er niet. Als je echt in een land wilt integreren, dan moet je de taal spreken. Je wordt pas echt aanvaard als je de taal spreekt. Of als je op z’n minst toont dat je de taal wilt leren. Anders zal je nooit één van hen worden.”