![Afbeelding van het programma: de madammen](https://images.vrt.be/air_programs/2022/07/18/8eccff30-06c0-11ed-b07d-02b7b76bf47f.png)
de madammen
"De meeste teken zitten in het centrum van het land, de Kempen en de Ardennen."
di 18 jun. - 9:50
![](https://cds.vrt.radio/sites/default/files/styles/article_header_mobile/public/20/legacy/2019-06/GettyImages-739294237.jpg?rnd=e361028d&itok=3orwLagY)
Meer teken dan vroeger
"Het klopt inderdaad dat er meer teken zijn dan vroeger," bevestigt Hans Van Dyck. "Het is geen wetenschappelijke indicator, maar ik ben geboren in 1970 en als tiener heb ik nooit teken gehad, bijvoorbeeld."
Het is ook objectief vastgesteld dat de kans is toegenomen dat je een tekenbeet kan krijgen. "Ze komen op meer plaatsen voor dan een aantal decennia geleden, en op sommige plaatsen is hun aantal ook toegenomen." Vroeger kwamen ze vooral voor in het zuiden van België, terwijl je ze nu stilaan in heel België terugvindt. "In de Ardennen, in het centrum van het land en in de Kempen zitten de meesten teken."
Door de verandering van het klimaat verandert ook de biotoop van sommige dieren. Een deel van onze regio is voor teken interessanter geworden om in te verblijven. Een tweede factor is dat de mobiliteit van teken vergroot is. Een teek kan zichzelf niet zo goed verplaatsen, ze hebben letterlijk een taxidienst nodig. "Ze profiteren van andere dieren om zich te verspreiden, zoals reeën en wilde varkens."
Een teek ziet je niet, maar ruikt je.
Twee mensen die hetzelfde traject in een bos doorlopen, gaan misschien een ander tekenresultaat hebben. Iemand met een korte broek heeft bijvoorbeeld meer kans om gebeten te worden. Doordat zijn benen bloot zijn, straalt hij meer geuren uit. "Een teek ziet je niet, maar ruikt je. Afhankelijk van de geurstoffen die je lichaam uitstoot, gaat een teek je makkelijker kunnen detecteren," legt Hans Van Dyck uit.