De toekomst van Gent: Mieke Van Hecke (CD&V)

Mevr. Van Hecke, u bent het wit konijn van CD&V. U moest de interne strubbelingen oplossen. Schrok u toen u gevraagd werd?

Ja, ik schrok vooral dat Sarah Claerhout een andere keuze gemaakt heeft (zij was gedoodverfde lijsttrekker, maar deed een stap opzij, nvdr.). Ik verhuisde een paar jaar geleden al terug naar Gent en had de partij gezegd dat ze beroep op mij kon doen. Ik ging er niet vanuit dat ik een prominente rol zou krijgen maar toen ik gevraagd werd heb ik toch ‘ja’ gezegd op twee voorwaarden. Ten eerste moest heel CD&V Gent mij steunen en ten tweede moesten er ook jonge mensen op de lijst staan om die te versterken. En, dat is gebeurd.

U bent niet meer van de jongste…

(Onderbreekt) Afgezien van mijn leeftijd is het enthousiasme en het geloof in het project gelijk gebleven, net zoals twintig of dertig jaar geleden.

Maar mensen stellen zich er wel vragen rond. Een mandaat van zes jaar opnemen, gaat dat lukken? ’t Is een zware stiel…

Wel, niemand heeft de gezondheidstoekomst in handen, ook de jonge mensen niet. Ik voel mij goed, en ik functioneer. Maar ik wil de kiezers ook niet bedriegen: Zolang ik gezond ben, ben ik van plan mandaat op te nemen. Er zijn andere politici die nog een hogere leeftijd hebben en toch nog heel dienstbaar zijn.

Bij de vorige gemeenteraadsverkiezingen haalde u partij maar vier zetels. U wil graag mee besturen… Dan zal u beter moeten doen.

Ik heb mezelf een target gegeven, ik ga dat niet publiek maken. Er is een target waarmee ik tevreden ben en er is een target waarmee ik gelukkig zal zijn. Ik hoop dat ik gelukkig mag zijn. Groeien is belangrijk om een rol te spelen in een toekomstige coalitievorming. Ik geloof dat ons programma mensen echt kan aanspreken.

Als u groeit, dan kan u een bijzondere rol krijgen in die coalitiegesprekken. Want, de absolute meerderheid van het kartel kan misschien verdwijnen. Bent u dan de geprefereerde partner?

Ik wacht de resultaten van de verkiezingen af om te zien welke mogelijkheden er zijn. We wachten af wie ons zal bellen. Wij zullen ingaan op de vragen die gesteld worden en kijken wat de voorwaarden zijn. We gaan niet zomaar depanneren als we niets te zeggen hebben. We willen echt wegen op het beleid. Men zegt altijd dat ik in het midden van het bed zal liggen. Ik zal kijken naar links en kijken naar rechts.

U krijgt vaak het label centrumlinks. Dan denken mensen dat u wil samenwerken met het linkse kartel, maar dat is niet zo?

Ik maak mij daar een beetje boos om. Ik heb heel nadrukkelijk en met overtuiging armoede als één van de speerpunten naar voor gebracht. De strijd tegen armoede moet je in een welvarende stad als Gent voeren. Maar om dan meteen het label te krijgen dat je uiterst links bent en dat je geen oog hebt voor alles wat economie of handel betreft, vind ik niet juist. Wanneer je een armoedebeleid wil voeren moet je net sterke schouders hebben. Je hebt handel, horeca, bewoners en mensen met ondernemingszin nodig. Zij zorgen voor de middelen om dat armoedebeleid te voeren.

U hebt natuurlijk jaren ervaring in het onderwijs. Wil u ook schepen van Onderwijs worden?

Nee, ik ontken dat met klem. Ik heb zelf een verleden als verantwoordelijke voor het katholiek onderwijs en een stad is verantwoordelijk voor haar eigen onderwijs. De schepen moet kijken wat de belangen zijn voor die stadsscholen, moet zorgen dat ze genoeg middelen hebben. Als ik dat zou doen, zou ik enorm gewantrouwd worden. En, ook het katholieke net zou ik moeten ontgoochelen want de stad heeft niet genoeg middelen om ook aan hun noden te beantwoorden. Het zou geen comfortabele job voor me zijn. Er zijn andere uitdagingen die ik graag wel aangaan. Maar ik zal onderwijs wel op de voet volgen vanuit mijn persoonlijke interesse.

Welke bevoegdheden interesseren u dan wel meer?

Men is vergeten dat ik in het Vlaamse parlement negen jaar lang de verantwoordelijkheid heb opgenomen voor CD&V voor het cultuurbeleid. Eén keer in de meerderheid en één keer in de oppositie. Ik heb er een heel groot hart voor, zowel voor kunst als voor het socio-culturele en het verenigingsleven. Ik kijk er zelfs een beetje met heimwee naar terug.

U heeft al ervaring in de gemeenteraad, niet in Gent maar in Lochristi. U bent nog niet zo heel lang geleden terug naar Gent verhuisd. Hoe sterk is uw band met Gent?

Ik heb heel graag in Lochristi gewoond. We waren er zeer geëngageerd. Ik heb er ook zeer graag aan politiek gedaan maar ik ben een geboren en getogen Gentenaar. Gent zit echt wel in mijn hart. Ik heb hier als kind 25 jaar gewoond, tot ik getrouwd ben. Mijn mentaliteit is die van een gastvrije Gentse volkswijk, de wijk waar ik groot geworden ben. Trouwens, ik kan u nog altijd te woord staan in perfect Gents.

Ik stel voor dat we het bij Nederlands houden zodat iedereen het kan begrijpen.

(lacht) Ja, anders moet je ondertitelen en dat gaat natuurlijk niet op radio.

Laten we even naar uw programma gaan. Mobiliteit lijkt wel hét thema in Gent. Uw partij wil bijvoorbeeld twee zogenaamde knips weg. Waarom?

Ik ben eerst en vooral blij dat niet alle debatten rond het circulatieplan draaien. Want mobiliteit is ruimer dan alleen dat plan. Er zijn wijken die ontsloten moeten worden en deelgemeenten die beter verbonden moeten worden via het openbaar vervoer. Als ik dan toch inga op het circulatieplan denk ik dat er twee knips zijn die nogal ongelukkig zijn. Je hebt nu een ringweg die amper gebruikt wordt (de as Nieuwewandeling, Begijnhoflaan, Opgeëistenlaan, Blaisantvest). Als je nu vanuit het noorden komt en richting Rabot rijdt, moet je omrijden terwijl je gewoon 50 meter verder die as hebt. Eigenlijk heb je hetzelfde in de Brugse Poort aan de Phoenixbrug.

De essentie van de knips vinden we goed: het doorgaand verkeer weren. Maar door die ongebruikte as wel te gebruiken moet je minder omrijden en terugkeren naar de grote ring. Door de knips krijgen de wijken trouwens het gevoel dat ze met opzet afgesloten zijn. Ik ben zeker dat dat niet de bedoeling was maar zo wordt het er wel ervaren. De inwoners, vaak met migratieachtergrond, denken dat de stad hen zo bewust uit de stad wil weren. Je zou die perceptie kunnen keren als je die andere as zou gebruiken.

Er heerste even een schandaalsfeer rond het huidige stadsbestuur. Hoopt u daarvan te profiteren?

Wat daar als resultaat is uitgekomen, juich ik toe. Als je zo lang bestuurt heb je de neiging om weinig rekening te houden met anderen, te zelfzeker zijn, arrogant te zijn…  Men is de transparantie uit het oog verloren. Ik denk dat er veel vermeden had kunnen worden als het bestuur transparanter was geweest. Ik geef het voorbeeld van de skybox in de Ghelamco-arena. Het is een prachtige locatie. Als de stad mensen uitnodigt voor bijvoorbeeld vergaderingen, kan ze die locatie zeker gebruiken. Maar zorg wél voor een register waarin staat wie er is geweest, wanneer, met welke doelstelling. Dan waren al die verdachtmakingen niet nodig geweest.

U belooft dat het onder uw beleid anders zou zijn.

Ja, wij beloven absolute transparantie. Ook over de intercommunales bijvoorbeeld. Gent moet daar inzitten want het gaat over bevoegdheden die de stad heeft overgedragen aan die intercommunales. Maar je moet weten wie je gaat afvaardigen om de stad te verdedigen en op welke manier dat zal gebeuren. Zijn er extra vergoedingen of zitten die al inbegrepen in de wedde van de mandatarissen? Je moet daar klare afspraken over maken. Ik vind ook dat de oppositie te weinig meegenomen wordt in het beleid. Bijvoorbeeld bij het thema wonen. Naar aanleiding van het aantal gezinnen met kinderen die dakloos zijn heeft men op een bepaald moment een taskforce opgericht met organisaties en ervaringsdeskundigen. De taskforce moest de problemen in kaart brengen.  De oppositie is er nooit bij betrokken, er zijn geen verslagen over, er wordt niet over geïnformeerd. Als er dan keuzes gemaakt moeten worden naar middelen vind ik dat je de oppositie au sérieux moet nemen. Je zou op een totaal andere manier beleid voeren.

Betaalbaar wonen in Gent is een groot probleem. Wat zijn jullie recepten om dat aan te pakken? (Dit interview werd afgenomen voor de heisa rond sociaal wonen, nvdr.)

Er zijn verschillende deelproblemen die je apart moet bekijken, bijvoorbeeld de dak- en thuislozen. Ik vind dat een prioriteit. We moeten kijken hoe de crisis- en noodopvang werken. Dan heb je sociale woningen voor mensen die onvoldoende middelen hebben om op de privémarkt te gaan huren. Er zijn te veel leegstaande sociale woningen en er is onvoldoende comfort is. We kunnen daarin investeren. Of we bieden huurders een lagere huur aan als ze binnen de twee jaar zelf een aantal verbeterwerken uitvoeren. Zo kunnen die leegstaande huizen sneller opgeknapt worden. Uiteraard moet er een budget om bijkomende sociale woningen te creëren. Je moet daar ook de privé bij betrekken. Je kan privépartners bijvoorbeeld zeggen dat ze een aantal woningen mogen bouwen maar dat ze dan wel ook een sociale woningen in het project moeten voorzien. Als ze dat doen mogen ze dan bijvoorbeeld één of twee verdiepingen hoger bouwen. Er zijn dus verschillende pistes. Als je dan kijkt naar betaalbare woningen voor mensen die niet in de categorie van sociale woningen zitten, moet je zorgen dat er meer woningen zijn voor alleenstaanden, startende en jonge koppels, én voor gezinnen met kinderen. Ik denk dat we daar absoluut moeten nadenken over wat en waar we dat kunnen ontwikkelen.

Inwoners van deelgemeenten klagen ook af en toe, ze zeggen dat ze stiefmoederlijk behandeld worden. Klopt dat? Hoe wil uw partij ze betrekken?

Het is dubbel. Er is een perceptie omdat alles dat in het centrum gebeurt in de media komt en uitvergroot wordt. Als je kijkt welke middelen naar de deelgemeenten gaan, zouden sommige inwoners schrikken. Maar je moet inwoners wel anders betrekken. Ik vind dat het bestuur inspraak te veel zag als informeren. Je kon wel je gedacht zeggen maar met de opmerkingen van inwoners gebeurde weinig. We geloven in een kwaliteitsvolle inspraak bijvoorbeeld door overlegplatformen in de deelgemeente die één of twee keer per jaar samenkomen. Je kan er voorstellen van inwoners beluisteren en meenemen. Later keer je terug en leg je uit wat wel en niet gelukt is, en vooral ook waarom. Mensen willen au sérieux genomen worden en zijn ook bereid om te aanvaarden dat er dingen niet gebeurd zijn als ze weten hoe dat komt.

Uw partij zegt ook dat het beleid geen rekening heeft gehouden met alle Gentenaars?

Er is één grote gemeenschappelijke kritiek die ik opvang als ik bijvoorbeeld de memoranda lees: We mogen wel ons stem laten horen, maar we weten absoluut niet of er ook naar geluisterd wordt. Ik denk dat daar echt wel stappen gezet moeten worden, ook burgerparticipatie. En ik zet ook in op het georganiseerde middenveld. Neem die organisaties ook mee in wat je wil doen met doelgroepen. Zij kennen de mensen en zorgen, ze weten wat wel en niet werkt. Niet alleen het nieuwe maar ook het traditionele middenveld heeft een stem te geven aan diegenen die geen stem hebben.

Uw partij richt zich heel duidelijk ook op de kiezer met migratieachtergrond. U heeft natuurlijk in eigen rangen Veli Yüksel, een bekend gezicht. Waarom is hij geen kopman?

Ja, dat heeft het bestuur beslist. Er is nog iemand die ooit kopman geweest is, die nu lijstduwer is. Het bestuur wilde met iemand nieuw komen. Dat ben ik ook in de Gentse politiek. We moeten als partij dynamisch zijn en nieuwe mensen hebben.

Wie is volgens u de beste burgemeester van Gent als u het zelf niet wordt?

Ik ga mij daar niet over uitspreken omdat geen enkele van de kandidaten nu al heeft kunnen tonen wat hij of zij waard zou kunnen zijn als burgemeester. Ik hoop dat er een burgemeester komt met een mooi beleid, die voor een warme stad kan zorgen. Uit de toon van de debatten blijkt alleszins al dat we erg hoffelijk blijven, ook al willen we ons allemaal profileren. Ik hoop dat de burgemeester iemand is die kan verbinden en het imago van Gent als warme gastvrije stad kan waarmaken.