de inspecteur
Koperen muntjes: nog van tel?
vr 8 feb. - 7:25
Meer en meer kleine bedragen worden tegenwoordig met de bankkaart betaald, en toch moet de koninklijke munt 34 miljoen muntjes van 1 cent en 22 miljoen muntjes van 2 cent bijslaan! De muntjes circuleren gewoon niet in de winkels. Ze blijven zitten in onze confituurpot op de keukenkast. Maar zijn die muntjes dan eigenlijk nog nodig? Want je kan er bijna nergens meer mee terecht.
Op dit moment zijn er 680 miljoen munten van 1 cent en evenveel van 2 cent en 625 miljoen van 5 cent in omloop.
Die muntjes zijn een geldig wettelijk betaalmiddel in de hele Europese Unie, dus je kan er in theorie overal mee betalen. Wel bestaat het principe van de evenredigheid, zegt Chantal de Pauw van de FOD economie: “je moet je gezond verstand gebruiken en bijvoorbeeld geen buskaartje kopen met een biljet van 100 euro”. Omgekeerd betaal je ook geen koelkast met stukjes van 2 cent."
In de praktijk weigeren winkeliers vaak de kleine centjes, en dat mag omwille van dat principe van de evenredigheid. Een zakje van 5 euro in muntjes van 1 cent, dat zijn 500 muntstukjes die 1,150 kg wegen, rekende André Toujour van de Koninklijke Munt uit.
Volgens Peter Vandenberghe, woordvoerder van Comeos, is het voor een handelaar praktisch gezien niet makkelijk om klein geld te staan tellen, het bij te houden, ermee naar de bank te moeten of het te laten ophalen.
Bij de banken moet je dikwijls betalen als je je kleingeld laat wisselen. Een lukraak overzicht:
Gratis:
- Nationale bank van België in Brussel, per Belg 1 keer per maand gratis tot 5 kg muntjes. Is het meer dan moet je betalen.
- ING en bij Belfius tot 50 muntstukken.
- ING als je de munten zelf in clips doet
- BNP Paribas Fortis als je de munten zelf in clips doet
- BNP Paribas Fortis 4 zakken per jaar gratis
Betalend:
- -ING los in een zak 3 € + btw
- -Belfius los in een zak 3,72 EUR met max. 4 zakken per week binnenbrengen
- -BNP Paribas Fortis 3,75€ vanaf 5de zak
Een muntje van 1 cent aanmaken, kost ook 1 cent, zegt Andre Toujour van de Koninklijke Munt. Het is een stalen plaatje met een koperen laagje erover. Dus de prijs hangt af van de prijs van het staal en van het koper op de London Metal Exchange. Ook de dollarprijs speelt een rol, die wordt omgezet in euro. De koninklijke munt fixeert de metaalprijs en de dollarkoers als de metalen besteld worden.
Atos Worldline maakte bekend dat er in januari 2013 16,6% meer betalingen met de bankkaart gebeurden voor bedragen onder de 10 euro.
Dat komt omdat Proton wordt afgebouwd en in 2014 zal verdwijnen. En, de kost van elektronisch betalen voor de handelaars is sinds 2013 gedaald. Handelaars moeten die extra kost die ze tevoren betaalden dus niet meer doorrekenen aan de klanten.
Volgens Comeos zijn er alleen maar voordelen aan betalingen met bankkaart: “Het is veiliger voor winkelier én consument, het is eigenlijk zinloos dat we geld uit de muur halen, dat we met de cash naar de winkel gaan, dat de winkel het weer op zijn rekening stort. Dat zijn onnodige tussenstappen.”
Tot nu toe zijn er dus weinig argumenten om de 1 en 2-centjes te gebruiken. Wél zijn ze van belang voor de concurrentiepositie van supermarkten, zegt Peter Vandenberghe. In de voeding zijn de winstmarges heel klein. Een pak spaghetti dat 0,98 cent kost bij de ene supermarkt, kan 1 cent minder kosten bij een andere. Als je alle prijzen moet afronden op 1 euro of 95 cent, dan daalt de competitiviteit.
En dan vrezen we natuurlijk voor inflatie: weinig winkeliers zullen hun prijzen naar beneden afronden, want dan doen ze misschien verlies. En weinig consumenten zullen meer willen betalen.
Dus, die kleine muntjes: ze zijn niet handig, maar ze dienen toch nog ergens voor. De halve frank tenslotte is ook tot het einde blijven bestaan…
