
radio2 wijs
Luisteraars over hun jeugdzonde: “Ik was vroeger een echte vechtersbaas. Ik sloeg er regelmatig op los”
vr 28 okt. - 4:55

Laurens kent de Vlaamse hooliganwereld maar al te goed. Hij maakte er als twintiger zelf deel van uit. “Ik ben er niet trots op en beschouw het als een verwerpelijke jeugdzonde. Maar inderdaad, een dertigtal jaar geleden was ik één van hen.”
Laurens kwam via vrienden en kennissen in contact met hooliganisme. “Wij vochten volgens bepaalde regels. Viel iemand op de grond, dan liet je los. En er waren ook altijd een soort van scheidsrechters bij die in de gaten hielden of de groepen wel even groot waren. In onze groep waren alle lagen van de bevolking vertegenwoordigd. Elke scholingsgraad zat er tussen.”
Profileringsdrang
“Ik stond nooit op de eerste rij want daar was het risico groot om opgepakt te worden of rammel te krijgen. Vooraan stonden de grote jongens die fysiek sterk waren. Al heb ik zelf ook van man tot man gevochten. Hoe dat voelt? Je zit vol adrenaline om die andere groep terug te dringen. Je voelt je als deel van een groter geheel heel sterk. Maar achteraf besef je pas hoe groot de kans was dat het echt fout afliep met iemand die jij neergeslagen had.”
Hooligans zijn echt niet alleen maar gefrustreerde gasten met een slechte opvoeding. Soms zijn het jongeren die geen blijf weten met hun energie.
Laurens is intussen een gedreven leraar en natuurliefhebber. Een vader van tienerzonen ook. “Ik denk dat het een zoektocht was naar mijn eigen identiteit. Voor buitenstaanders is het moeilijk te begrijpen, maar vechten kan verslavend zijn. Als hooligan maak je deel uit van een clan. Het is voor velen ook een uitlaatklep en een manier om je te profileren. Sommige van mijn toenmalige vrienden hebben het nooit kunnen loslaten en zijn in de gevangenis beland.”
Voor Laurens liep het gelukkig anders. Nu is hij zelf vader van twee zonen. Wat zegt hij tegen hen? “Dat ze nooit een gevecht moeten voeren dat niet nodig is. En dat vechten enkel ok is in de context van zelfverdediging.”
“Hooligans zijn echt niet alleen maar gefrustreerde gasten met een slechte opvoeding. Soms zijn het jongeren die geen blijf weten met hun energie en geen andere manier vinden om dat te uiten. Of ze vinden geen woorden om te benoemen wat er in hun hoofd omgaat.”
Op zoek naar jezelf
“Ik was vroeger als twintiger een echte vechtersbaas”, vertelt de nu 75-jarige Remie. “Ik was opgeleid tot paracommando en gestationeerd in Namen. Als je daar als Vlaming een pintje ging drinken, kreeg je regelmatig scheldwoorden naar je hoofd geslingerd. Als paracommando leerde je alle mogelijke manieren van vechten. Dat gecombineerd met mijn opvliegend temperament, dat was een gevaarlijke mix.”
Mijn toekomst was onzeker en ik voelde me geen deel van de maatschappij. Dat vertaalde zich in een echte aversie tegen de samenleving.
“Soms zocht ik het ook zelf. Dan bleef ik staren naar iemand tot die persoon het beu werd en inging op mijn provocatie. Waarom ik dat deed? Ik weet het zelf niet goed. Maar in die tijd was ik erg op zoek naar mezelf. Mijn toekomst was onzeker en ik voelde me geen deel van de maatschappij. Dat vertaalde zich in een echte aversie tegen de samenleving.”
Remie omschrijft zichzelf als iemand met een kort lontje. “Dat was vroeger zo en nu nog. Het is niet aangeleerd, het is gewoon wie ik ben. Maar nu ben ik wel rustiger geworden en verstandiger. Ik kan me nu niet meer permitteren om in discussie te gaan. Al vertrouw ik mezelf niet voor de 100%. Daarom ga ik gesprekken over de politiek of over de samenleving uit de weg. Ook omdat ik mijn goede reputatie niet te grabbel wil gooien. Het past ook niet voor iemand van 75 om te reageren met zijn vuisten.”