Scheldewater veel troebeler dan 10 jaar geleden (en onderzoekers weten niet waarom)
vr 6 sep. - 8:04
De Schelde is van nature troebel. Toch is de troebelheid niet altijd even groot, maar veranderde plots in 2008. “Tussen de Belgisch-Nederlandse grens en Kruibeke nam de troebelheid met zo’n zestig procent toe", aldus onderzoeker Tom Cox.
Meerdere factoren spelen een rol
De oorzaak van deze plotse verandering is moeilijk precies aan te duiden. Veel factoren spelen een rol, en de afgelopen twintig jaar is er veel veranderd in de Schelde. Cox: “Van voorbeelden in het buitenland is bekend dat ze troebeler zijn geworden na verdiepingswerken. Dat zou hier ook het geval kunnen zijn: de laatste Scheldeverdieping vond immers plaats in de periode 2008-2010, en sinds 2009 wordt er ook veel meer zand en slib uit de Boven-Zeeschelde gehaald. Precies in die periode zien we de toename van de troebelheid.”
“Tegelijkertijd vonden er nog twee andere belangrijke veranderingen plaats. Ook die hebben mogelijk een rol gespeeld. De totale hoeveelheid slib die gebaggerd en weer teruggestort wordt, is de afgelopen twintig jaar stelselmatig gestegen. Daarbij zou ook de verbetering van de waterkwaliteit een rol kunnen spelen.”
Minder algen, minder voedsel
De vaststellingen manen aan tot voorzichtigheid, menen Cox en collega’s. De hoeveelheid licht die in het water kan doordringen is van cruciaal belang voor de microscopische algen die in het water groeien. Die algen zijn de voedselbron van de kleinste diertjes die in de Schelde leven, en die zijn op hun beurt de voedselbron van grotere dieren. Een toename van de troebelheid zorgt ervoor dat er minder voedsel beschikbaar is.
Cox: “Er is er nu veel meer leven in de Schelde dan twintig jaar geleden. Dat is een rechtstreeks gevolg van de verbetering van de waterkwaliteit en het herstel van natuur langs de Schelde. Die positieve evolutie overschaduwde tot nog toe de impact van de vertroebeling. Maar wat vermeden moet worden, is een verdere vertroebeling, want dit kan het herstel deels teniet doen. En dat wil niemand. Voorzichtigheid is dus geboden.”