Zo leer je je kind kloklezen
Tellen
Om de basis van de klok te begrijpen, moet je kind minstens tot 12 kunnen tellen. Voor de volgende stap moet hij tot 60 kunnen tellen, en de tafels van 5 (bijna) onder de knie hebben. We tellen, wanneer we de klok lezen, meestal in stappen van 5.
Tijdsbesef
Waar je wél eerder mee kan beginnen, is je kind tijdsbesef bijbrengen. 5 Minuten, een uur, morgen, ... zijn abstracte begrippen, zeker voor jonge kinderen. Benoem daarom terugkerende activiteiten zoals de dansles, fietsen naar school etc. met hoe lang ze duren. Zo krijgen je kinderen stilaan besef van hoe lang de dingen duren en wat tijd is. Of maak deze handige klok!
Spelenderwijs
Kinderen spelen graag dagdagelijkse dingen na. Laat hen spelen met een (oude) klok. Kies liefst eentje met grote (geen Romeinse!) cijfers en streepjes voor de minuten. Verwijder eventueel het glas zodat ze met de wijzers kunnen draaien en spelen. Spelen ze 'winkeltje'? Vraag dan om hoe laat de winkel sluit. En laat hen het uur aanduiden op de klok.
Leren
Begin met de kleine wijzer. Leg uit dat die aanduidt hoeveel 'uur' het is. Laat de grote wijzer altijd op 12 uur staan. Wanneer ze dit onder de knie hebben, kan je met de grote wijzer beginnen. Start met halve uren, dan kwartieren, en tot slot 5 minuten.
Digitaal
Tegenwoordig kom je bijna overal digitale klokken tegen. In het station, op je telefoon of computer, ... Die zijn voor de meeste kinderen veel gemakkelijker te lezen dan klassieke klokken. Probeer daarom thuis bijvoorbeeld het tijdstip dat de oven aangeeft, aan te duiden op een klassieke klok. Of geef hen een klassiek polshorloge en vraag af en toe hoe laat het is.