De Grote Vijf: "Everzwijnen zijn prachtige dieren, maar ze zijn met te veel”

“Vroeger was er enkel reewild in het Meerdaalwoud”, vertelt jager Willy Criegers uit Oud-Heverlee. “Pas in 2009 hebben we de eerste waarneming gedaan van een everzwijn, het ging om wroetsporen en uitwerpselen. Pas in 2011 is er voor het eerste een everzwijn waargenomen. De everzwijnen komen van de Waalse kant van het Meerdaalwoud. In 2016 heb ik het eerste everzwijn geschoten, dat was geleden van in de jaren 50. Stilaan zijn ze teruggekomen omdat er in Wallonië een overpopulatie was. Het Meerdaalwoud is een ideale plek voor hen, maar ze zitten intussen ook al in de Dijlevallei, in Huldenberg en Overijse, Leefdaal en Neerijse.”

Toenemend aantal

Waarom zijn er nu zoveel everzwijnen? Volgens Willy zijn daar verschillende redenen voor: “Ten eerste door de zachte winters. Ten tweede door de toegenomen maïsteelt van tientallen hectares waar ze zich veilig in voelen en dekking in vinden. We hebben ook twee mastjaren gehad, jaren met veel vruchten zoals eikels en noten. De vrouwtjes bereiken dan snel het gewicht van 35 kilogram en kunnen dan al jongen hebben na iets minder dan een jaar.”  

Schade

De dieren veroorzaken volgens Willy veel schade. Willy toont een maïsveld dat helemaal omgewoeld is door de everzwijnen. “Ze hebben gewoon de maïsstengels tegen de grond gelegd en de maïskolven opgegeten.” In het Meerdaalwoud zie je ook heel wat wroetsporen. “Op die plekken gaan ze op zoek naar voedsel: regenwormen, larven, alles wat ze in de grond vinden dat eetbaar is. Ze eten zelfs wortels en paddenstoelen, ze vreten echt alles.”

Foto: maïsveld omgewoeld door everzwijnen 

Jacht

Omdat de everzwijnen schade aanrichten aan de omliggende akkers en weiden, laat het Agentschap voor Natuur en bos toe dat er gejaagd wordt op de dieren: “Dat aantal ligt vast. We krijgen jaarlijks labels die we aan de achterpoot van het geschoten dier moeten hangen. Dit jaar hebben we 40 labels voor everzwijnen gekregen. Omdat er zoveel schade is, moeten we wel ingrijpen.”

Hoogzit

De jagers schieten vanop een hoogzit, dat is een houten ladder met een platform op zo’n twee meter en half hoogte. “We schieten van daar om veilig te kunnen schieten”, zegt Willy. “Er is heel wat recreatie in het Meerdaalwoud. De richting van de hoogzit staat van de dreef weg waar wandelaars kunnen zijn. Je schiet van hoger af, dus je schiet naar de grond. Als jager zeggen we: je begraaft je kogel. Er zijn nog nooit ongevallen gebeurd.” Volgens Inbo, het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek, duurt het gemiddeld zo’n 40 uur om een everzwijn te schieten.

Foto: Hoogzit in Meerdaalwoud