Neuropsychiater Theo Compernolle over het geheugen: "Spelletjes spelen om je geheugen te trainen, werkt niet, maar er zijn wel andere dingen die je kan doen"

Heb jij soms ook dat wanneer iemand vraagt: wat heb je gisteren gegeten? Je dat niet eens meer weet. Of dat je iemand die je al heel lang kent en je ziet die na lange tijd terug, je ineens in paniek slaat want je bent zijn of haar naam vergeten. Nog zo'n voorbeeld: je legt heel bewust iets wat je niet mag kwijtspelen op een speciale plek en een dag later weet je al niet meer welke speciale plek dat nu precies was.

"Je geheugen mindert"

Volgens neuropsychiater Theo Compernolle moet je niet meteen in paniek slaan: “Je gaat moeten accepteren dat je geheugen niet meer is wat het was. Dat is gewoon wat minder." Zo simpel is het. Je geheugen werkt niet meer zoals toen je 10 of 20 jaar was.

"In ons brein is het zo dat we geboren worden met pakweg 100 miljard breincellen die al die informatie verwerken en opstapelen", legt de neuropsychiater uit. "Daarna mindert het alleen maar. Er wordt alleen maar weggesnoeid. Er komen wel verbindingen bij, waar de informatie in zit. Informatie zit in de verbindingen tussen de cellen. De cellen verminderen dus, al is er één klein plekje in ons brein waar we nog wat cellen bijmaken: de hypocanter. Maar we verliezen meer cellen dan dat we er bijmaken."

Geheugen kan je trainen

Dat paniek niet nodig blijkt, weet ook Cathérine Vandoorne. Zij las in het boek 'Een olifant in het geheugenpaleis' van Boris Konrad en Wendy Panders de woorden "Geheugen kan je trainen". Ze vertelt: "In dat boek staan een hoop tips en tricks om te zien hoe het met je geheugen gesteld is en hoe je het kan trainen. Spelletjes waarbij je bijvoorbeeld prenten zo veel minuten bekijkt en later moet je vertellen wat je hebt onthouden. Dus ik ben aan de slag gegaan met al die geheugenspelletjes die er in staan. En ik moet zeggen: dat was best confronterend. Ik kon eigenlijk helemaal niet zo veel onthouden."

"Maar, beste dokter Theo Compernolle, neuropsychiater", vraagt Cathérine. "Werken die spelletjes: wordt mijn geheugen beter door die spelletjes te spelen?"

"Neen, spelletjes spelen moet je doen omdat je spelletjes spelen leuk vindt. Maar spelletjes spelen om je geheugen te verbeteren, houdt geen steek. Je traint je geheugen voor die spelletjes, maar je kan het niet vertalen of uitbreiden naar andere taken. Het is niet omdat je veel spelletjes speelt, dat je makkelijker je sleutels tervugvindt of een taal zal leren. Dat zijn heel verschillende zaken."

"Je geheugen is een beetje als een spier. Je moet het geheugen laten oefenen door zaken mee te maken, zaken te lezen of nieuwe ervaringen op te doen. Je moet intellectueel bezig blijven. Dat is de beste manier om je geheugen te oefenen. Maar nu is het zo dat ons geheugen klem komt te zitten door ons verkeerd gebruik van ons mobieltje. Door continue te reageren op het gebiep van ons mobieltje gaan we multitasken. Dat is een ramp voor ons geheugen. Die voortdurende wisselende aandacht is een ramp. Zaken onthouden doe je met je aandacht."

"Het multitasken is dus slecht voor het geheugen, maar door alle pauzes in ons leven in te vullen met ons telefoontje, heb je geen rustmomenten meer. Ons geheugen, het archiverend breinnetwerk, doet zijn werk als wij even pauze nemen. De belangrijkste pauze is natuurlijk de slaap. Ons geheugen is even actief 's nachts als gedurende de nacht, maar het is vooral dat archiverend breinnetwerk dat al die miljarden informatie die continue op ons afkomt, ordent, met elkaar in verband brengt, organiseert en reorganiseert, en opbergt." Na een drukke hectische dag is het dus beter om een bad te nemen zonder je mobieltje in plaats van voor tv te hangen.