25 jaar na Switel-brand - Toenmalig burgemeester Leona Detiège: “Dat je over levenloze mensen moet stappen is niet wat je verwacht op een oudejaarsavond”
di 31 dec. - 8:02

Leona Detiège zou pas om middernacht burgemeester Bob Cools opvolgen maar werd een uur voordien al opgeroepen. “Ik was oudejaar aan het vieren bij mijn zus. Rond 23 uur kreeg ik een telefoontje van de hoofdcommissaris die zei dat ik dringend naar Switel-hotel moest komen. Ik antwoordde dat ik nog geen burgemeester was, maar hij zei dat het lange tijd zou duren. Mijn schoonbroer heeft me naar daar gebracht.”
Vuurbal al gedoofd
Toen Leona Detiège een kwartier later arriveerde aan het hotel was er tot haar verwondering geen vuur meer te zien. “Wat bleek? Dat die vuurbal intussen al gedoofd was maar dat alle slachtoffers al gevallen waren”, vertelt ze. “Het eerste wat ik zag waren de lichamen van overleden mensen die naast het hotel lagen en waar ik moest over stappen om binnen te gaan. Dat is niet bepaald wat je verwacht op een oudejaarsavond.”
Staking bij de politie
Voor Detiège (hierboven te zien op een archieffoto) was het meteen duidelijk wat er van haar werd verwacht, na overleg met de gouverneur, de hoofdcommissaris van de politie en de brandweercommandant.
“Mijn taak ter plaatse was het coördineren van de ramp, en ook contact houden met de pers. Radio en televisie hebben op dat moment een fantastische rol gespeeld”, vertelt Detiège. “Er was een staking aan de gang bij de politie maar omdat de brand in het nieuws kwam, zijn heel wat politiemensen onmiddellijk ter plaatse gekomen om te komen helpen.”
Lees verder onder de foto.

Politiemensen doorzoeken de zaal na de brand
Solidariteit van buurtbewoners
De hulpverlening is volgens Leona Detiège vrij snel op gang gekomen. “De ziekenhuizen hebben ook heel wat verplegers en dokters opgetrommeld en ook zij zijn komen werken.”
Wat haar geraakt heeft, is de grote solidariteit van buurtbewoners. “Die hebben mensen met brandwonden bijgestaan en proberen te verzorgen tot de hulpdiensten er waren. De taxichauffeurs hebben ook geholpen om mensen naar ziekenhuizen te brengen. In de zaal waren 450 mensen aanwezig, en ongeveer één derde van hen raakte gewond, dus je kan je voorstellen dat het een enorme wirwar was. Het was mooi om zien dat mensen spontaan begonnen te helpen.”
Mensen lagen helemaal ingepakt
De hulpdiensten hadden de handen vol om de tientallen slachtoffers naar gespecialiseerde brandwondencentra te brengen in het Antwerpse, in Brussel, in Neder-Over-Heembeek, maar ook in Nederland en Duitsland. “De volgende dag ben ik met de commissaris naar het brandwondencentrum in het Stuivenbergziekenhuis gegaan om enkele patiënten te gaan begroeten. Voor zover dat kon”, zegt Detiège. “De mensen lagen daar als mummies, helemaal ingepakt. Je weet ook niet wat hun de komende jaren nog te wachten staat. Dat was een vreselijke situatie.”
Je hebt zoiets meegemaakt en het gaat niet om dan in je bed te kruipen. Je moet dat verwerken.
Hele tijd nagepraat
Toen haar taak erop zat die nacht, kon ze niet meteen gaan slapen. “Rond 4 uur ‘s ochtends ben ik dan terug naar huis gegaan samen met mijn schoonbroer”, zegt ze. “We hebben dan nog een hele tijd nagepraat. Je hebt zoiets meegemaakt en het gaat niet om te zeggen: 'ik kruip in mijn bed en het is gedaan’. Je moet dat verwerken.”
Alert voor brandgevaar
Een tijd na de ramp besliste de stad om het vuurwerk te verplaatsen naar de Schelde om het brandgevaar voor de binnenstad zoveel mogelijk te beperken.
Ook voor Leona Detiège persoonlijk heeft de Switel-brand sporen nagelaten. “Op dagen waarop er veel vuurwerk wordt afgestoken of als er kaarsen in de buurt van kerstbomen worden gezet, ga ik altijd kijken of ze niet te dicht staan en of er geen brandgevaar is.”
Ze blijft oudejaar vieren bij haar zus en dan komt de brand nog elke keer ter sprake. "Het is logisch, denk ik, dat daar nog iedere keer over gepraat wordt, zelfs nu nog, 25 jaar later.”